De manier waarop mijn vriend en ik met onzekerheid in relaties omgaan is tegengesteld aan elkaar. Dan heb ik het over onze primaire reacties. Onze eerste impuls. Al werken we er beiden al een hele poos hard aan om onze hechtingsstijl veiliger te maken, toch ben ik nog steeds geneigd als eerste angstig gepreoccupeerd te reageren, en hij vermijdend. Ik kan mezelf dan verliezen in nare gevoelens en gedachten. Ik probeer me als het ware uit de onzekerheid te denken en praten, door zoveel mogelijk informatie te verzamelen en de boel te analyseren. Met mijn gedrag kan ik dan dwingend en beschuldigend worden; zo probeer ik grip op mijn angst te krijgen. Mijn vriend probeert zichzelf op onzekere momenten juist zoveel mogelijk af te leiden van dat gevoel. Hij laat zijn onzekerheid liever niet zien, drukt het weg (en ziet er dan boos of stoïcijns uit in plaats van onzeker), probeert het lastige gesprek uit de weg te gaan of af te kappen, en kan zijn nare gevoelens op de ander projecteren (‘wat jij nu doet is niet oké’).
We hebben inmiddels al ontzettend veel bijgeleerd. Ook van elkaar. Zo brengen we elkaar en onze relatie steeds meer in balans. Ik heb geleerd mijn onzekerheid sneller los te laten en ook minder bij de ander neer te leggen, hij heeft geleerd zijn onzekerheid meer aan te kijken en juist met de ander te bespreken. Onze secundaire reactie, die inmiddels al heel snel op de primaire volgt, is veilig.
Lange tijd las hij mijn blog niet. Dat begreep ik nooit. Hoe kun je daar nou niet nieuwsgierig naar zijn? Wetende dat jij vaak de hoofdpersoon bent? Als hij een blog zou hebben, zou ik het van A tot Z lezen, en zou ik elke nieuwe post direct willen zien. Ik vatte het op als gebrek aan interesse. Als hij echt gek op mij was, zo redeneerde ik, zou hij het al lang gelezen hebben. Zelfs toen ik hem meerdere keren gevraagd had om eens wat te lezen, zodat ik kon horen wat hij ervan vond, deed hij dat niet. “Ik vergeet het steeds”, zei hij dan, “en daarbij, ik ben niet zo’n speurneus als jij. Ik hoef niet alles van je te weten.”. Oké..
Ik vond het maar raar. En kon me er niet bij neerleggen. Omdat het blog een groot onderdeel van mijn leven is, en ik het belangrijk vind dat hij weet wat ik schrijf, zeker nu hij mijn vriend is en ik dus niet meer anoniem als ‘een geliefde’ over hem schrijf, voelde het niet goed dat hij nog langer zijn kop in het zand stak. Mijn integriteit kwam in het geding. Toen we er weer woorden over kregen, zette ik hem voor het blok. “Hier”, zei ik, terwijl ik hem mijn laptop onder zijn neus duwde, “lees er asjeblieft eens één. Het is echt belangrijk voor me dat je dat doet.”
“Oké dan”, zei hij met een zucht, terwijl hij zich schrap leek te zetten voor wat komen ging, “kom dan maar op”. Ik ging naast hem zitten. Een beetje zenuwachtig, omdat het inmiddels zo’n ding geworden was. En ook wel bezorgd over wat hij ervan zou vinden. Zou hij het slecht geschreven vinden? Zou hij vinden dat ik te openhartig was, en teveel over hem deelde? Zou hij het lastig vinden, om zo met al mijn gedachten en gevoelens geconfronteerd te worden? Het voelde alsof ik hem mijn dagboek overhandigde.
Toen hij onderaan de pagina was, ontspande zijn lichaam en keek hij me aan. “Ah.. Schatje.”, zei hij hoorbaar opgelucht en met twinkelende ogen. Hij legde de laptop weg en pakte me vast. “Ik vind het mooi. Je schrijft hartstikke goed, en je zegt zo’n lieve dingen over me.” Ik was natuurlijk met een relatief ‘veilig’ blog begonnen, zodat hij er rustig in zou kunnen komen. Toch was ik ook opgelucht. Slecht vond hij het in elk geval niet, en hij leek er ook geen probleem mee te hebben dat het zo openhartig was en hij er in voor kwam.
Dus gaf ik hem de volgende, dit keer eentje die lastiger te verteren zou zijn. En jawel hoor. Zijn handbewegingen werden steeds feller, terwijl hij omlaag scrollde, en zijn rug trok steeds strakker. Zijn benen gingen onrustig op en neer. Toen hij klaar was met lezen, stond hij abrupt op en greep naar zijn pakje shag. Van zijn liefdevolle gezichtsuitdrukking van zojuist, was weinig meer over. “Oh jee. Liefje..”, begon ik voorzichtig, “die was minder fijn he? Ben je oké?”. Mijn uitgestoken hand weerde hij af. “Nee. Ik ben niet oké nee.”
Hij vond het confronterend om te lezen hoe ik kennelijk dacht over bepaalde zaken, en hij vond dat ik onze interactie onjuist geportretteerd had in het betreffende blog. Het was precies het gesprek dat ik al zo lang had willen voeren, omdat ik zijn feedback zo graag wilde horen. Maar het was ook precies waar hij bang voor was geweest, bekende hij me. Hij had misschien niet zo goed durven lezen wat ik allemaal schreef. Bang voor de heftigheid van zijn reactie daarop. En voor de gevolgen daarvan. Want dan krijgt hij de neiging afstand te nemen, te vluchten. Afstand nemen van mij dus, letterlijk en figuurlijk.
Afstand nemen was op dat moment echter niet zo gemakkelijk – we zaten in het huis van zijn vader, waar je alleen met een bootje komt, letterlijk ingesloten door water, en ik bleef hem uitnodigen me te vertellen wat hij dacht en voelde. Er was geen ontkomen aan.
Terwijl hij praatte, luisterde ik aandachtig, en gaf ik zo zorgvuldig mogelijk antwoord op zijn vragen. Hij vond het moeilijk om zich zo onzeker op te stellen, zei hij. Plots begon hij met hevige schokken te huilen. Iets wat ik hem zelden heb zien doen. Zijn verzet brak. Ik trok hem stevig tegen me aan, en huilde met hem mee. Zijn onzekerheid en tranen stelden me stiekem gerust: hij toont emotie, hij geeft om mij! Ik wilde dat hij voelde dat zijn gevoelens veilig bij mij waren. Ik verzekerde hem ervan dat ik de stukjes zou aanpassen, zodat ze klopten met zijn perspectief, en dat ik ze vanaf nu voor het plaatsen aan hem voor zou leggen, terwijl ik erbij was, zodat hij eventuele bezwaren direct met me zou kunnen delen. We hadden een deal.
De maanden daarop heeft hij veel van mijn blogs gelezen, en hebben we daarover lastige maar vooral verbindende gesprekken gevoerd. Ik voel me nu volledig door hem gezien, gesteund en gewaardeerd. Dat voelt ontzettend veilig. Mijn blog is geen angstig ‘geheim’ meer, dat tussen ons in staat. Ik heb geleerd erop te vertrouwen dat hij niet zomaar weg is, als ik gevoelige onderwerpen aansnijd. Ook heb ik beter geleerd om mondeling over mijn gevoelens en denkwijzen te communiceren, iets wat ik altijd heel lastig heb gevonden. Hij heeft geleerd om beter met zijn gevoelens van onzekerheid om te gaan, door ernaartoe te bewegen, ze te voelen, uit te spreken, en te ervaren dat je dan toch – zelfs nog sterker – verbonden kunt blijven.
Hoe mooi is dat?
PS.1 Als autobiografische schrijver worstel ik met het eren van de privacy van de personen in mijn stukken. Ik knijp in mijn handjes dat ik een vriend heb (en ouders trouwens ook), die mij op deze intieme wijze over ‘hem en ons’ laat schrijven. Ik besef dat dat totaal niet vanzelfsprekend is.
Ik heb mijn vriend gevraagd, of hij zelf ook iets wilde schrijven, als reactie op dit stuk.
“Het is inderdaad niet altijd makkelijk om het onderwerp te zijn van de stukken van mijn lief, voor iedereen om te lezen. Het kan confronterend zijn en aanleiding geven tot discussies. Als ik me niet goed begrepen of gezien voel, in een stuk waar ik in voor kom, is het fijn dat ik daar direct op mag reageren. Hierdoor voel ik me veilig en begrijpen we elkaar steeds beter. Meestal ben ik het overigens eens met de beschrijvingen van situaties en voel ik me, hoewel het confronterend kan zijn, trots.
Liefs, de Vriend 😉 ”
PS.2 Een super leuke video-podcast van een stel dat heel bewust en vrij in hun relatie staat (..inmiddels stond, want hun liefdesrelatie is voorbij), is die van The Boring Couple. Alleen te bekijken via FaceBook.